42195 meter naar de start
10-04-2018
Onmogelijk is ook maar een mening
‘Anders wordt mijn hoofd ook ziek’, is mijn statement naar de artsen bij ieder volgend slecht nieuws gesprek. Hardlopen is vrijheid.
Een bijzondere reis volgde toen in 2014 door een longinfarct een deel van m’n longen werd ‘weggeslagen’. Een traject van de diagnose van de dodelijke aandoening pulmunale hypertensie, naar - na bijna een jaar - ook weer de vrijstelling van deze diagnose. Een traject van de terugkerende pijnen die leidden tot het bewusteloos raken en weer een volgende opname in het ziekenhuis.
Het was totaal niet interessant of ik ooit nog een marathon, een ultratrail of Iron Man zou kunnen doen. Ik werd iedere ochtend blij wakker en was gelukkig met iedere dag dat ik naar buiten kon.
In het hele repertoire aan artsen ontmoette ik ook een specialist die wist dat herstel mogelijk zou zijn: ‘Het stukje van de longen komt niet meer terug, maar het lichaam kan veel herstellen’. ‘Geef het tijd, veel tijd.’ Natuurlijk maakte hij nog wel van de gelegenheid gebruik om een bloemlezing te geven over veel sporten en het lopen van ultra afstanden. Want dat zou zeker niet gezond zijn. Informatie die ik (niet alleen op dat moment) totaal overbodig vond. Sterker nog: Het bracht me zelfs op fantastische ideeën.
Herstel?
Herstel werd dus genoemd. Maar hoe dan? Ik wist in elk geval dat ik naar buiten wilde, hardlopen of welk alternatief dan ook. Echt hardlopen werd het niet. De pijn en weer het doordringende, urgente geluid van een ambulance waarvan ik me realiseerde dat die voor mij kwam, bleven ruim 2 jaar. Maar ook de blijheid, het geluk om weer bij de nieuwe dag te mogen zijn. Genieten met de honden in het bos, in het water, hun reddingswerk en alle andere dwaze acties.
In 2017 pakte ik de hardlooptrainingen met meer structuur op maar bereikte al snel weer een fysieke (pijn) grens. In theorie was ik ondertussen zo ver hersteld dat de pijn er wel kon zijn, maar dat deze me niet per se meer onderuit zou halen. Met dit besef adopteerde ik de pijn als m’n maatje, want voor altijd weg gaan, wilde het niet. We moesten het dus toch samen doen, de pijn en ik, ook al waren we niet zo’n goede match.
Vrij rond rennen
Weer terug naar mijn eigen gelukspad, dat wilde ik. Die met dat richtingsbordje ‘the sky is the limit’.
Ondertussen ging het in de tweede helft van 2017 steeds beter met me. Ik voelde me steeds sterker worden. M’n gedachten kropen alweer de hele wereld over. Wat is er allemaal te doen? Er kwamen genoeg leuke evenementen voorbij op de kalender. De Zandenbostrail bijvoorbeeld, in de regio, dus makkelijk om weer eens te gaan kijken. Een mailtje van Bernadette veranderde veel. Ze zou niet starten op de trail en het leek haar een goed idee om mij haar startnummer cadeau te geven.
De eerste kilometers vrij rond rennen zonder pijn, waren een feit. Een ontzettend goed idee en een prachtig cadeau van m’n vriendin! Na een aantal korte trails eind 2017, deed een aankondiging van de Gemzen (atletiekvereniging) de rest. In de kilometers die volgden, trainde ik met een groep fanatiekelingen die op het juiste moment het juiste wisten te zeggen (‘had je niet gedacht he Nellie dat je dit nog zou lopen’).
Stukjes vallen in elkaar. Iedereen is op het juiste moment op de juiste plaats. De trainers en hardlopers van de Gemzen, vrienden, oude bekenden, nieuwe vrienden. Ze hebben vaak geen idee wat hun waardevolle bijdrage voor mij heeft betekend.
De marathontrainingen kan ik aan. Niet alle omstandigheden gaan even soepel (wind in combinatie met kou werkt niet lekker voor de longen), maar ook daar kan ik van genieten. Ik pak het snel op en ga stapjes, maar soms ook sprongen vooruit. M’n lichaam is klaar voor de nieuwe mogelijkheden.
Rotterdam komt al snel in m’n gedachten op. Daar heb ik nog wat te doen. Natuurlijk kan ik de 42195 meter overal lopen en zijn er talloze plekken te verzinnen waar dat met minder mensen tegelijk kan, maar toch… Rotterdam dus.
Op 04 april 2004 liep ik daar m’n eerste marathon. Het bleef niet bij deze afstand want er bleken juist hele mooie kilometers te liggen na de marathonafstand. In 2014 kwam daar een abrupt einde aan.
Terug naar Rotterdam
‘Daar loop je dan’, ik hoor het de trainer nog zeggen. Maar nu dus echt: In Rotterdam.
Zoals bij een marathon hoort, gaan niet alle 42 kilometers vanzelf. Een marathon begint altijd pas na de 30 kilometer. Ik beleef er lol aan te constateren dat dat nog steeds zo is en de pijn en ellende te voelen die bij een marathon hoort en geen andere bijzonderheden. ‘Gewoon’ marathonpap dus en daarmee kan ik de missie voltooien waarmee ik naar Rotterdam kwam.
Met een glimlach denk ik terug aan de eerste woorden die ik wist te herhalen zodra ik kon praten: ‘Kan wel’ en ‘kan ik zelf wel’.
Van 27 april 2014 naar 08 april 2018; mensen wat een reis was dit! Maar de cirkel is rond, ik ben de pijn voorbij. De nieuwe start is vanaf deze 42195 meter!
Let’s go!